Afgelopen week is het initiatiefvoorstel ‘Beperking wettelijke gemeenschap van goederen’ door de Eerste Kamer aangenomen. Het idee achter dit voorstel is modernisering: tegenwoordig wonen stellen vaak al langer samen voordat ze gaan trouwen en mensen trouwen vaker dan een keer. De nieuwe wet zou hierbij moeten aansluiten. Maar wat houdt het initiatiefvoorstel ‘Beperking wettelijke gemeenschap van goederen’ in? Wij leggen je de huidige situatie uit en vertellen je wat er met de nieuwe wet gaat veranderen.
Het huidige huwelijksvermogensrecht
Wanneer je vandaag de dag in het huwelijksbootje stapt, ben je automatisch getrouwd in gemeenschap van goederen. Dit houdt in dat, wanneer jij en je partner gaan scheiden, alle bezittingen en schulden die jullie hebben fifty-fifty worden gedeeld. Ook bezittingen en schulden die je vóór je huwelijk had worden hierin meegenomen. Als je niet in gemeenschap van goederen wil trouwen, moet je voordat je trouwt huwelijkse voorwaarden bij de notaris laten opstellen. Dit is een akte waarin jullie je eigen regels over de verdeling van schulden en bezittingen kunnen vastleggen.
Er zijn echter wel een paar uitzonderingen op de hoofdregel dat alle bezittingen en schulden worden verdeeld. Zo vallen erfenissen en schenkingen niet in de gemeenschap van goederen als dit in het testament of bij de schenking is bepaald door middel van een zogeheten uitsluitingsclausule. Ook vallen verknochte goederen en schulden niet in de gemeenschap. Verknochte goederen of schulden zijn goederen of schulden die op bijzondere wijze aan jou of je partner zijn verbonden. Ook valt het pensioen buiten de hoofdregel. Vaak moet er bij een echtscheiding wel een verdeling plaatsvinden van pensioenrechten.
Het initiatiefvoorstel ‘Beperking Wettelijke gemeenschap van goederen’
Met het initiatiefvoorstel is het de bedoeling dat je in de toekomst, als er geen huwelijkse voorwaarden zijn opgesteld, niet automatisch in gemeenschap van goederen trouwt. Wel trouw je dan in een beperkte gemeenschap van goederen. Dit houdt in dat bezittingen en schulden die vóór het huwelijk zijn gemaakt niet meer worden verdeeld na een scheiding. Ook erfenissen en schenkingen vallen er automatisch buiten, behalve in als er in het testament of bij de schenking een insluitingsclausule van toepassing is verklaard. In dat geval moeten schenkingen en erfenissen bij scheiding worden verdeeld.
Kortom, met de komst van het initiatiefvoorstel worden alleen de bezittingen en schulden die tijdens het huwelijk zijn verkregen gedeeld.
Kritiek
Het initiatiefvoorstel is met de kleinste meerderheid in de Eerste Kamer aangenomen (38 tegen 37 stemmen). Dit betekent dat er niet een breed draagvlak voor het voorstel is. De tegenstanders zijn vooral bang voor rechtsonzekerheid en voorzien grote uitvoeringsproblemen. Er moet tijdens het huwelijk namelijk administratief heel goed worden bijgehouden wat tot welk vermogen behoort om bij scheiding tot een juiste verdeling te kunnen komen. In het verleden werd bij huwelijkse voorwaarden vaak afgesproken dat wat jaarlijks overbleef van het inkomen tussen de partners moest worden verrekend. Er is echter gebleken dat dit in het overgrote deel van de gevallen niet gebeurde, wat geleid heeft tot problematische echtscheidingen. Hoe zou de nieuwe wet op dat gebied uitpakken?
Inwerkingtreding van de wet
De nieuwe wet treedt op 1 januari 2018 in werking.